Een Nederlands pijncentrum ontdekte dat een al lang gebruikt verdovingsmiddel bij veel mensen met postcovid klachten voor flinke verlichting zorgt. Voor duizenden patiënten kan dit een eerste glimp van perspectief betekenen waar je jaren op wachtte.
Wat is lidocaïne en waarom wordt het opnieuw bekeken?
Lidocaïne is een medicijn dat al tientallen jaren gebruikt wordt als plaatselijke verdoving en bij zenuwpijn. Het is geen nieuw middel, maar onderzoekers en clinici zagen onverwachte effecten toen ze het in een andere vorm gingen toepassen bij postcovid-patiënten.
In plaats van alleen lokale verdoving bleek lidocaïne, toegediend via infusen of kleine onderhuidse injecties door de patiënt zelf, niet alleen pijn te verminderen. Ook cognitieve problemen zoals hersenmist, mentale uitputting en overgevoeligheid voor prikkels verbeterden bij een groot deel van de behandelde groep.
De aandacht voor dit middel komt deels voort uit de combinatie van bekende eigenschappen en onverwachte uitkomsten. Omdat lidocaïne al lang in gebruik is, is er veel kennis over bijwerkingen en veiligheid, wat het klinisch aantrekkelijk maakt om uit te proberen bij complexe aandoeningen waar weinig alternatieven zijn.
Ontstaan van de ontdekking: toeval en praktische aanpassingen
De eerste signalen kwamen uit een pijnkliniek in Velsen-Noord waar al jaren patiënten met chronische zenuwpijn worden behandeld. Onder die patiënten zaten ook mensen met langdurige postcovid-klachten. Tijdens de routinebehandelingen met lidocaïne merkten artsen verbetering bij enkele postcovid-patiënten.
Omdat veel patiënten moeite hadden om regelmatig naar de kliniek te komen, ontwikkelden artsen een protocol waarbij het middel in een aangepaste samenstelling thuis toegediend kon worden via onderhuidse injecties. Die praktische wijziging leidde tot systematisch opvolgen van resultaten en al snel ontstond er een duidelijk patroon van verbetering bij veel gebruikers.
Het proces toont hoe klinische praktijk en patiëntgerichte oplossingen elkaar kunnen beïnvloeden: een logistieke aanpassing om zorg toegankelijker te maken leverde tegelijk data op die anders misschien niet verzameld waren. Dat benadrukt tevens dat innovatie binnen zorginstellingen vaak voortkomt uit kleine, praktische veranderingen.
Resultaten van het verkennende onderzoek: cijfers en betekenis
Een observationeel onderzoek volgde 103 ernstig getroffen postcovid-patiënten, van wie velen al jaren klachten hadden. Gemiddeld liep de klachtenperiode op naar 2,5 jaar; meerdere deelnemers brachten het grootste deel van de dag in bed door door extreme vermoeidheid en pijn.
In dit cohort rapporteerde bijna 80 procent van de deelnemers een zichtbare verbetering. De mate van herstel varieerde: sommige mensen boekten kleine, maar betekenisvolle vooruitgang, terwijl anderen bijna of helemaal klachtenvrij werden. In totaal meldden onderzoekers dat 28 van de 30 gemeten klachten afnamen, waaronder zenuwpijn, concentratieproblemen, mentale uitputting, overprikkeling en post-exertionele malaise.
Wat de uitkomsten extra opmerkelijk maakt, is dat ook de meest ernstig getroffen patiënten, die vaak nauwelijks functioneerden, verbetering lieten zien. Personen die tot 19-20 uur per dag moesten liggen vanwege uitputting behoorden tot degenen die vooruitgang meldden. Dit signaal maakt het onderwerp aantrekkelijk voor vervolgonderzoek en doet vragen rijzen over bredere toepasbaarheid.
De bevindingen moeten echter in de juiste context worden geplaatst: observationele verbeteringen kunnen waardevol zijn, maar zeggen nog niets over causaliteit. De resultaten geven wel een duidelijke indicatie dat verder onderzoek gerechtvaardigd is en helpen bij het opstellen van hypothesen voor gerandomiseerde studies.
Mogelijke werking: hoe zou lidocaïne postcovid-klachten kunnen verminderen?
Het precieze mechanisme is nog onduidelijk, maar onderzoekers vermoeden dat lidocaïne het overactieve of ontregelde zenuwstelsel bij sommige postcovid-patiënten kalmeert. Lidocaïne remt prikkelgeleiding in zenuwen en kan ontstekingsachtige processen in het zenuwstelsel beïnvloeden.
Als deze hypothese klopt, kan dat verklaren waarom zowel pijn als cognitieve en neurologische klachten verbeteren. Toch blijft het een hypothese: niet alle patiënten reageren hetzelfde en het is nog niet helder welke factoren bepalen wie profiteert. Grotere, gecontroleerde onderzoeken zijn nodig om de werkingswijze en de voorspellende factoren te ontrafelen.
De huidige ideeën over werking sluiten aan bij bredere theorieën over chronische klachten waarbij zenuwstelselregulatie een rol speelt. Dat maakt lidocaïne tot een interessante kandidaat om te bestuderen naast andere benaderingen die zich richten op neuro-inflammatie en prikkelregulatie.
Beperkingen en realiteit: kosten, bewijsniveau en toegankelijkheid
De behandeling heeft een aantal praktische en financiële nadelen. Voor deze toepassing wordt lidocaïne speciaal klaargemaakt door apotheken, omdat het om een aangepaste samenstelling gaat. Dat drijft de kosten op: per toediening is er een prijskaartje van ongeveer 27 euro, en bij meerdere doses per dag kan de rekening snel oplopen tot duizenden euro’s per maand.
Daarnaast worden deze behandelingen momenteel niet vergoed door zorgverzekeraars. De voornaamste reden is het wetenschappelijke bewijs: het huidige onderzoek is observationeel zonder controlegroep of placebocontrole. Observationele studies laten effecten zien, maar sluiten toevallige verbeteringen of andere invloeden niet volledig uit. Pas na grotere, gecontroleerde studies kan gekeken worden naar opname in officiële richtlijnen en mogelijke vergoeding.
Bovendien spelen praktische zaken zoals training van patiënten voor zelfinname en toezicht door zorgverleners een rol in de toegankelijkheid. Het is niet alleen een kwestie van kosten, maar ook van infrastructuur en van het waarborgen van veilige toediening buiten het ziekenhuis.
Wat betekent dit voor mensen met postcovid en de toekomst van zorg?
Voor veel patiënten who al jaren tussen wal en schip zitten, is deze ontwikkeling een bemoedigend signaal. Het laat zien dat bestaande geneesmiddelen nieuwe toepassingen kunnen krijgen en dat zelfs zwaar getroffen mensen kans hebben op verbetering. Dat levert niet alleen medische hoop op, maar ook sociaal-emotionele erkenning voor mensen die vaak onbegrepen blijven.
Toch is voorzichtigheid geboden: lidocaïne lijkt veelbelovend, maar nog niet bewezen als standaardbehandeling. De komende jaren moeten grotere, gerandomiseerde studies uitwijzen of de gemelde effecten standhouden en veilig toepasbaar zijn voor een bredere groep. Als die studies positief uitvallen, kan dit een omslag betekenen in de behandeling van long covid en nieuwe mogelijkheden openen voor duizenden patiënten.
Voor nu blijft lidocaïne een interessante piste: een bekend en relatief goed bestudeerd middel dat mogelijk een nieuwe rol kan krijgen in de bestrijding van hardnekkige postcovid-klachten. Artsen en onderzoekers volgen de ontwikkelingen nauwgezet en patiënten houden hoop op meer opties en erkenning in de toekomst.
FAQ
Is lidocaïne al een standaardbehandeling voor postcovid?
Nee. De resultaten zijn veelbelovend maar komen uit observationeel onderzoek; grotere, gerandomiseerde studies zijn nodig voordat het standaard wordt.
Is de behandeling vergoed door zorgverzekeraars?
Op dit moment niet. Vergoeding hangt waarschijnlijk af van strengere bewijslast en opname in richtlijnen na vervolgonderzoek.
Hoe duur is de behandeling voor patiënten?
De aangepaste toediening wordt speciaal klaargemaakt en kost ongeveer €27 per dosis; bij frequent gebruik kunnen de kosten oplopen tot honderden of duizenden euro’s per maand.
Bron: TrendyVandaag



